Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

U bent hier: Home / Publicaties / SFK nieuws in PW / 2015 / Acetylcysteïne koploper bij hoestmiddelen zonder recept

Acetylcysteïne koploper bij hoestmiddelen zonder recept

15 januari 2015, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 150 Nr 3

Geneesmiddelen voor toepassing bij hoest worden in Nederland niet uit de basisverzekering vergoed. Dat geldt ook voor receptplichtige middelen. Acetylcysteïne, een slijmverdunner, is het meest door Nederlandse apotheken verstrekte hoestmiddel, gevolgd door noscapine, dat de prikkelhoest onderdrukt.

Een groot deel van de geneesmiddelen die de apotheken voor hoest verstrekken zijn zonder recept verkrijgbaar en kunnen ook bij een drogist worden gekocht. Dit geldt onder meer voor acetylcysteïne (Fluimucil) en broomhexine
(Bisolvon), die bij vastzittend slijm worden toegepast, en voor noscapine (Noscapect), dat voor droge of prikkelhoest wordt aangeprezen. Uit SFK-cijfers blijkt overduidelijk dat apothekers deze drie vrij verkrijgbare hoestmiddelen  het vaakst verstrekken. Van de honderd keer dat een apotheek zo’n hoestmiddel verstrekt, gaat het 40 keer om acetylcysteïne, 28 keer om noscapine en 25 keer om broomhexine. Naar schatting betreft het in alle apotheken ruim een miljoen verstrekkingen per jaar. Dit is een schatting, omdat de SFK niet van alle Nederlandse openbare apotheken beschikt over cijfers van handverkoopomzet.
Dextromethorfan is een hoestprikkeldempend middel dat zonder recept uitsluitend in de apotheek mag worden verstrekt. Het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen heeft daartoe in 2008 besloten vanwege verontrustende signalen dat het middel in hoge doseringen als partydrug
werd gebruikt met risico op neuropsychiatrische bijwerkingen. Promethazine, tot slot, wordt in siroopvorm, ook als hoestmiddel toegepast. Het mag vanwege de bijwerkingen – het is onder meer slaapverwekkend – uitsluitend op recept worden verstrekt. Voor alle genoemde middelen geldt dat ze niet uit het basispakket worden vergoed.
Omdat promethazine alleen op recept mag worden verstrekt, heeft de SFK daarmee wel een volledig beeld van het  aantal verstrekkingen promethazine siroop: bijna 40.000 in 2014. Dextromethorfan komt met 45.000 verstrekkingen net iets vaker voor in de SFK-database.

Codeïne

Codeïne behoort tot de groep opioïde pijnstillers en wordt voor dit doel vooral gebruikt in combinatie met andere pijnstillers. Codeïne heeft ook hoestprikkeldempende eigenschappen. De Wereldgezondheidsorganisatie who hecht meer waarde aan die eigenschap want in het door de WHO beheerde ATC-classificatiesysteem is codeïne ingedeeld bij de hoestmiddelen en niet bij de pijnstillers. Codeïne valt onder (het verlichte regiem van) de opiumwet, het is receptplichtig en wordt vanwege de pijnstillende eigenschappen vergoed vanuit de basisverzekering.
Apothekers verstrekten in 2014 codeïne ruim 900.000 keer. De bijna een half miljoen verstrekkingen van combinatiepreparaten van codeïne met paracetamol, die niet uit de basisverzekering worden vergoed, zijn in dit aantal niet meegenomen.
Codeïne is in een concentratie van 0,5 mg/ml overigens ook het belangrijkste bestanddeel van een aantal Natterman hoestsiropen, die zonder recept verkrijgbaar zijn in apotheek en drogist.

Figuur 1: Aandeel in verstrekkingen van vrij verkrijgbare hoestmiddelen in Nederlandse apotheken.

Vrij verkrijgbare hoestmiddelen

Acetylcysteïne is het meest verstrekte hoestmiddel zonder recept in de apotheek

 

 

Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen

Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits onder volledige bronvermelding.

Back to top