Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

U bent hier: Home / Publicaties / SFK nieuws in PW / 2005 / Meer behandelingen met allergenen

Meer behandelingen met allergenen

3 november 2005, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 140 Nr 44

In 2004 hebben de openbare apotheken 4,5 miljoen keer op recept een geneesmiddel tegen allergieën verstrekt voor een bedrag van € 114 miljoen. Antihistaminica (2,4 miljoen verstrekkingen) en corticosteroïd-bevattende neussprays (1,6 miljoen) worden het meest gebruikt. Opvallend is de sterke groei van het aantal behandelingen met allergenen, waardoor deze groep inmiddels goed is voor 23% van de uitgaven aan anti-allergiemiddelen.

Een allergie is een overreactie van het afweersysteem van het lichaam op een bepaalde stof (het allergeen). Allergische reacties zijn er in verschillende gradaties, van lichte hinder tot zeer ernstige klachten. De meest voorkomende klachten zijn niezen, snotteren, tranende ogen en jeuk aan ogen en neus. Het beste recept tegen allergie is het voorkómen van contact met het allergeen.

Bescherming en bestrijding

Veelgebruikte geneesmiddelen bij allergische klachten zijn antihistaminica en corticosteroïd-bevattende geneesmiddelen voor nasaal gebruik. Het werkingsmechanisme van antihistaminica bestaat eruit dat ze specifiek de lichaamseigen stof ‘histamine' tegenwerken, een stof die vrijkomt bij een allergische reactie. Hierdoor vermindert die reactie.
Corticosteroïd-bevattende neussprays geven bescherming tegen allergenen doordat ze de afweerreacties van het lichaam onderdrukken. Ze moeten continu worden gebruikt gedurende de periode dat er contact met allergenen bestaat.

Uit cijfers van de Stichting Farmaceutische Kengetallen (SFK) blijkt dat in 2004 1,6 miljoen keer een corticosteroïd-bevattend middel voor nasaal gebruik via de openbare apotheken is verstrekt voor een totaalbedrag van € 40 miljoen. Deze kosten worden volledig vergoed door de zorgverzekeraar. De meest gebruikte geneesmiddelen uit deze groep zijn fluticason (Flixonase®, 693.000 voorschriften), budesonide (Rhinocort®, 336.000 voorschriften) en mometason (Nasonex®, 317.000 voorschriften). Omdat deze corticosteroïden ook worden gebruikt bij neusklachten die niet berusten op allergie, vertoont het gebruik een vrij gelijkmatig jaarpatroon vertoont, maar in de maanden april, mei en juni gaan deze middelen vaker over de apotheekbalie dan in andere maanden (figuur 1).

Zomerallergieën

Antihistaminica worden specifieker bij seizoensgebonden allergische klachten voorgeschreven, vooral in het hooikoortsseizoen (voorjaar en begin van de zomerperiode) (figuur 1). Van de antihistaminica in de vorm van neusspray en oogdruppels wordt gemiddeld 71% (360.000 voorschriften) in het 2de en 3de kwartaal verstrekt.
Antihistaminica voor orale toediening zijn het afgelopen jaar 2,4 miljoen keer afgeleverd op kosten van de zorgverzekeraars (€ 41 miljoen). De receptplichtige antihistaminica levocetirizine (Xyzal®) en desloratadine (Aerius®) zijn het meest verstrekt: 60% komt op het conto van deze twee middelen. Het aantal verstrekkingen van levocetirizine is in 2004 verdrievoudigd tot 780.000. Doordat in 2004 zelfzorgmedicatie voor chronisch gebruik niet langer werd vergoed, heeft er bij de antihistaminica een grootschalige verschuiving plaatsgevonden naar de receptplichtige varianten die wel vergoed werden. Deze maatregel is in 2005 voor de antihistaminica weer teruggedraaid. Dit verklaart volledig de toename van het aantal door zorgverzekeraars vergoedbare antihistaminica-verstrekkingen in het 2de kwartaal van 2005 ten opzichte van dezelfde periode in 2004.

Oralgen®

Een andere behandelmethode voor allergieën is hyposensibilisatie of immunotherapie. Bij deze behandelmethode krijgt de patiënt het bewuste allergeen in zeer lage, maar oplopende hoeveelheden toegediend, waardoor in loop van tijd het lichaam aan de stof ‘went’ en de heftige reactie op het allergeen uitblijft. Het aantal behandelingen met allergenen heeft de laatste jaren een sterke vlucht genomen. In 2004 zijn er 72.000 allergenen verstrekt, 25% meer dan in het jaar daarvoor. De uitgaven namen met 32% toe van € 20 miljoen tot € 26 miljoen. Op basis van beschikbare aflevergegevens in 2005 verwacht de SFK dat de forse groei bij deze middelen dit jaar verder zal doorzetten.
Het toegenomen aantal verstrekkingen is hoofdzakelijk toe te schrijven aan Oralgen® en dan vooral de kuren die worden toegepast bij allergieën voor boompollen en graspollen. Van dit merk zijn er in het afgelopen jaar 10.000 verstrekkingen meer geweest dan in 2003. Ook de uitgaventoename bij de allergenen komt grotendeels voor rekening van dit middel. Via de apotheken is in 2004 € 15 miljoen besteed aan Oralgen®.

Figuur 1: gebruik van antihistaminica (oraal, neusspray, oogdruppels) en corticosteroïden

 

Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen

Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits onder volledige bronvermelding.

Back to top