Nieuw apotheektarief extra bedrijfsrisico
12 juni 2008, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 143 Nr 24
Prestatiebekostiging
Terwijl de NZa de beleidsregels en tariefbeschikking voor het nieuwe apotheektarief per 1 juli 2008 nog niet op papier had gezet, kopte NOS Teletekst op maandag 2 juni jl. al dat Minister Klink besloten heeft om apothekers voortaan voor hun prestaties te belonen. Voor menige apotheker zal de term “belonen” wrang in de oren hebben geklonken, omdat zowel het huidige als het nieuwe apotheektarief niet hoog genoeg is om de praktijkkosten van de apotheek en het norminkomen van de apotheker te dekken. De systeemwijziging komt op een voor apotheken hoogst ongelukkig moment. Door de tariefaanpassing lopen apotheken het risico om nog eens enkele tienduizenden euro’s aan inkomsten te verliezen, nauwelijks een maand nadat de gemiddelde apotheek 170.000 euro aan inkoopvoordelen op generiek heeft zien verdampen, als gevolg van de extreme prijsverlagingen bij merkloze geneesmiddelen. De KNMP, de beroepsorganisatie van apothekers, heeft de NZa nadrukkelijk gewezen op de risico’s van de systeemwijziging op dit moment, terwijl het tarief niet kostendekkend is. In 1988, toen de rechtsvoorganger van de NZa het huidige systeem van receptregelvergoeding heeft geïntroduceerd, kwam ook een groot aantal apotheken in de financiële problemen door de wijziging van de tariefsystematiek. Overigens heeft de NZa eerder in de pers aangekondigd begin juni een besluit te zullen nemen over de benodigde financiële compensatie voor apotheken vanwege de heftige daling van de geneesmiddelenprijzen. Tot op heden heeft de NZa zich daar echter niet meer over uitgelaten.
Het nieuwe systeem
Het nieuwe systeem maakt onderscheid tussen een basisvergoeding en vergoedingen voor aanvullende prestaties. Zo geldt vanaf 1 juli 2008 voor een reguliere uitgifte een vaste basisvergoeding van € 5,30 en voor een uitgifte via een weekdoseersysteem een vaste basisvergoeding van € 2,90 per week. Daar bovenop kunnen één of meer aanvullende vergoedingen van toepassing zijn, afhankelijk van het feit of het een (bijzondere) apotheekbereiding betreft, een eerste uitgifte of een uitgifte tijdens een avond- nacht- of zondagsdienst. Voor een eerste uitgifte op een zondag geldt bijvoorbeeld een totale vergoeding van € 5,30 + € 1,05 + € 10,60 = € 16,95. Onderstaande tabel geeft een beeld van de totale “prestatievergoeding” voor een gemiddelde apotheek (75.000 WMG-voorschiften) gebaseerd op de aannames van de NZa omtrent de frequentieverdeling van de prestaties in de gemiddelde apotheek. Aan het eind van dit jaar wil de NZa meten of haar aannames op landelijk niveau kloppen en zal de NZa een eventueel tekort of overschot op de vergoeding over 2008 verrekenen in de tarieven voor 2009. Hoewel het de bedoeling van de NZa is dat de invoering van het nieuwe tariefsysteem op landelijk niveau sluit op een gemiddelde receptregelvergoeding van € 6,10, laat dit onverlet dat individuele apotheken er met de nieuwe tariefsystematiek enkele tienduizenden euro’s op vooruit òf achteruit kunnen gaan.
Tabel 1: Indicatief beeld opbouw prestatiebekostiging gemiddelde apotheek
Aantal | Tarief in € (*) | Opbrengst in € | |
---|---|---|---|
Basisprestatie | |||
Standaarduitgifte | 69.000 | 5,3 | 365.700 |
Weekuitgifte | 12.000 | 2,90 per week | 34.800 |
Aanvullende prestaties | |||
Eerste uitgifte | 12.750 | 1,05 | 13.400 |
ANZ-recept | 975 | 10,6 | 10.300 |
Bijzondere magistrale bereiding | 165 | 79,4 | 13.100 |
Regulier magistrale bereiding | 1.875 | 10,6 | 19.900 |
_______ | |||
TOTAAL | 457.200 |
(*) Onder voorbehoud van de definitieve tariefbeschikking van de NZa
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits
onder volledige bronvermelding.