Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

U bent hier: Home / Publicaties / SFK nieuws in PW / 2011 / Pfizer in 2010 de grootste

Pfizer in 2010 de grootste

23 september 2011, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 146 Nr 38

Geneesmiddelfabrikant Pfizer had in 2010 de grootste omzet aan spécialités. Hiermee was een bedrag van € 325 miljoen aan geneesmiddelkosten gemoeid. Het aandeel van spécialités lag vorig jaar op 68%, terwijl dat tien jaar geleden 71% bedroeg.

Het totaal aan geneesmiddelkosten van de receptplichte geneesmiddelen die de openbare apotheken in Nederland in 2010 verstrekten, bedroegen € 3,6 miljard. Dit bedrag is gebaseerd op de apotheekinkoopprijzen (AIP) minus de verrekende claw back. De kosten voor de dienstverlening in de apotheek zijn hierin niet inbegrepen. Van dit bedrag kwam 68% (€ 2,5 miljard) op het conto van spécialités (originele merkgeneesmiddelen), die in Nederland door de betreffende fabrikant in de handel worden gebracht. Geneesmiddelen die ons land via parallelimport bereiken zijn buiten beschouwing gelaten.

Daling aandeel spécialités

Het aandeel spécialitésis lager dan in 2000, toen de SFK dit onderzoek ook heeft verricht. Tien jaar geleden was het totaal aan geneesmiddelkosten € 2,4 miljard, of voor mensen die met weemoed aan het guldentijdperk terugdenken ƒ 5,3 miljard. Het percentage aan spécialités kwam destijds uit op 71% overeenkomend met € 1,7 miljard. Een daling van het aandeel aan spécialités over de afgelopen tien jaar lag door het beschikbaar komen van generieke producten na afloop van patenten van geneesmiddelen voor de hand. De prijsverlaging van generieke geneesmiddelen onder druk van het preferentiebeleid hebben een duidelijk dempend effect op daling van het aandeel spécialités. De introductie van nieuwe geneesmiddelen die voor een specifieke, beperkte groep patiënten zijn bedoeld, zorgden voor een tegengesteld effect. Deze nieuwe geneesmiddelen behoren veelal tot de zogenaamde dure geneesmiddelen die voor een groot deel selectieve distributie kennen. Selectieve distributie houdt in dat de fabrikant besluit dat slechts één of enkele landelijk werkende apotheken deze middelen mogen verstrekken.

WGP en GVS

Omdat fabrikanten van geneesmiddelen in Nederland niet geheel vrij zijn in het vaststellen van prijzen voor receptgeneesmiddelen zijn de mogelijkheden om via prijsstelling de omzet te verhogen beperkt. Ze moeten zich hierbij houden aan de Wet Geneesmiddelenprijzen (WGP). Deze wet stelt dat de prijs van een geneesmiddel in ons land maximaal gelijk mag zijn aan de gemiddelde prijs van datzelfde geneesmiddel in de landen om ons heen: België, Duitsland, Frankrijk en Groot- Brittannië. Naast de prijzenwet heeft ook het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) effect op de prijsstelling van geneesmiddelen. Het GVS bepaalt dat een patiënt moet bijbetalen voor een geneesmiddel waarvan de prijs hoger is dan een door de overheid vastgestelde vergoedingslimiet. Zo’n limiet moet de overheid afkondigen zodra er twee of meer farmacotherapeutisch gelijkwaardige receptgeneesmiddelen in het GVS zijn opgenomen.

Leveranciers

Het valt op dat de ranglijst van spécialitéleveranciers in 2010 wordt aangevoerd door twee bedrijven, Pfizer en Abbott, die in 2000 niet in de top tien voorkwamen. Beide leveranciers danken een groot deel van de omzet aan nieuwe, dure geneesmiddelen. Pfizer is, na de overname van Wyeth, de leverancier van etanercept (Enbrel), een reumamiddel, dat in 2010 met een omzet van € 148 miljoen aan geneesmiddelkosten op de tweede plaats staat op de lijst van geneesmiddelen met de meeste omzet. Abbott is de leverancier van adalimumab (Humira), ook een reumamiddel, dat vorig jaar met € 176 miljoen de meeste omzet had. Abbott is voor meer dan driekwart van de omzet afhankelijk van Humira. Bij Pfizer ligt dat anders. Het bedrijf brengt ook atorvastatine (Lipitor), een cholesterolverlager, op de markt. Dit geneesmiddel had met € 123 miljoen de op twee na hoogste omzet in 2010. Twee leveranciers die in 2000 nog een aanzienlijk deel van de markt hadden, zijn inmiddels in handen van bedrijven uit de top tien van 2010. Parke Davis is opgegaan in Pfizer en Schering-Plough is overgenomen door MSD.

 

Tabel 1: Leveranciers met de hoogste omzet* aan spécialités in 2010 vergeleken met het jaar 2000

Fabrikant 2010 Fabrikant 2000
1Pfizer325 (13,1%)AstraZeneca314 (18,4%)
2Abbott227 (9,1%)GlaxoSmithKline246 (14,4%)
3AstraZeneca219 (8,8%)MSD124 (7,3%)
4GlaxoSmithKline179 (7,2%)Novartis71 (4,2%)
5MSD151 (6,1%)Novo Nordisk70 (4,1%)
6Novartis142 (5,7%)Parke Davis69 (4,0%)
7Boehringer Ingelheim116 (4,7%)Janssen Pharmaceutica56 (3,3%)
8Novo Nordisk90 (3,6%)Sanofi-Aventis49 (2,8%)
9Amgen75 (3,0%)Bristol-Myers Squibb46 (2,7%)
10Sanofi-Aventis65 (2,6%)Schering-Plough45 (2,6%)

*Apotheekinkoopprijs (in miljoenen euro) minus claw back van receptgeneesmiddelen, exclusief parallel- import, via openbare apotheken.

In 2000 bedroeg het gezamenlijk marktaandeel van de top drie 40,1%, in 2010 was dat 'slechts' 31,0%.



Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen

Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits onder volledige bronvermelding.

Back to top