Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

U bent hier: Home / Documentatie / KISSmatrix / KISS Matrix indicatoren / Betere meting indicatoren op basis van patiëntpseudoniemen

Betere meting indicatoren op basis van patiëntpseudoniemen

12 juli 2018

Voor apotheken waarvan de SFK over patiëntpseudoniemen beschikt, zijn de scores in de KISS matrix gebaseerd op de eigen apotheekdata plus de verstrekkingen van uw patiënten bij andere apotheken waarvan de SFK over pseudoniemen beschikt. Hierdoor kan de SFK de scores op de kwaliteitsindicatoren corrigeren.
Let op!

De SFK beschikt niet van alle apotheken in heel Nederland over patiëntpseudoniemen. Daardoor kan de SFK mogelijk niet alle verstrekkingen van uw patiënten bij de berekeningen betrekken.
Ook kan de SFK bij de berekeningen niet de aanvullende informatie betrekken die van belang is voor de farmaceutische behandeling. Bijvoorbeeld in geval van:

  • inmiddels gestopte medicatie
  • patiënten die bewust toch niet de medicatie ontvangen die volgens de indicator nodig is (zoals laxantia bij opioïden of maagbescherming bij NSAID-gebruik)

Daarom blijft het nuttig om de indicator-uitkomsten na te lopen.

Notificatie: resultaat wel of niet gebaseerd op pseudoniemen

In de KISS matrix vermelden wij of uw scores zijn gebaseerd op pseudoniemen.
Als u deelneemt aan een cluster berekenen wij de clusterscores eveneens op basis van de clusterdata plus de verstrekkingen in andere apotheken. Ook de landelijke referentiecijfers zijn berekend op basis van pseudoniemen.

Correctie methoden

Voor patiënten die wij vlaggen als mogelijk suboptimaal behandeld, kijken wij op basis van pseudoniemdata of deze patiënten elders medicatie hebben gekregen, waardoor zij niet suboptimaal behandeld zijn. Voor deze patiënten corrigeren wij uw scores op de indicatoren. Afhankelijk van de indicator passen wij deze correctie toe op de noemer (bij het bepalen van starters), op de niet-teller (bij het vaststellen van co-medicatie) of de teller (bij het vaststellen van onnodig gebruik van medicatie).

1. Correctie indicatoren met starters en eerste uitgiften

M.b.v. pseudoniemen kijkt SFK voor alle patiënten in de noemer of zij voorafgaand aan de eerste uitgifte in uw apotheek, in een andere apotheek een verstrekking hebben gekregen van de geneesmiddelgroep in kwestie. In dat geval is de patiënt geen starter in uw apotheek en valt hij weg uit de noemer. De noemer wordt kleiner en uw uitkomst kan hoger uitvallen dan wanneer wij alleen kijken naar verstrekkingen in de eigen apotheek.

2. Correctie indicatoren met co-medicatie

M.b.v. pseudoniemen kijkt SFK voor suboptimaal gevlagde patiënten in uw apotheek (niet-teller) of zij in een andere apotheek een verstrekking hebben gekregen van de geneesmiddelgroep in kwestie. In dat geval heeft de patiënt wel de noodzakelijke medicatie gekregen en komt hij in de teller. Uw uitkomst kan dan hoger uitvallen dan wanneer wij alleen kijken naar verstrekkingen in de eigen apotheek.

3. Correctie indicatoren met overbehandeling

M.b.v. pseudoniemen kijkt SFK voor suboptimaal gevlagde patiënten in uw apotheek (teller) of zij in een andere apotheek een verstrekking hebben gekregen van de geneesmiddelgroep waarvoor zij het beschermende geneesmiddel moesten gebruiken. In dat geval heeft de patiënt wel nog medicatie gekregen waarbij protectie gewenst is en valt hij uit de teller. Uw uitkomst kan dan lager uitvallen dan wanneer wij alleen kijken naar verstrekkingen in de eigen apotheek. Bij deze indicatoren geldt hoe lager uw uitkomst, des te beter.

Indicatoren die SFK niet kan corrigeren met pseudoniemen

De scores die horen bij de volgende indicatoren kan SFK niet voor u corrigeren m.b.v. pseudoniemen, omdat bij deze indicatoren een minder gewenste situatie al is opgetreden in uw apotheek.

  • alle indicatoren van het domein Antimicrobiële middelen

 

  • AC_1     Geen antimycotica bij inhalatiecorticosteroïden     
  • AC_2     Geen overgebruik luchtwegverwijders bij astma
  • AC_4     < 2 stootkuren predniso(lo)n bij astma/COPD

 

  • CVRM_3    Geen suboptimale behandeling met NSAIDs bij ischemische hartziekten
  • CVRM_4    Geen  cardiovasculaire risicofactoren bij ns-NSAIDs (excl naproxen of ibuprofen) 
  • CVRM_5    Geen cardiovasculaire risicofactoren bij etoricoxib
  • CVRM_6    Geen combinatie van PD-5 remmers met nitraten
  • CVRM_7    Geen combinatie van coumarines met NOACs
  • CVRM_8   Juiste dosering digoxinegebruikers > 70 jaar

 

  • Dep_1    Benzodiazepinen niet chronisch gebruikt  
  • Dep_3    Niet-langwerkende hypnotica bij chronisch gebruik 
  • Dep_4    SSRI gebruik korter dan 24 maanden
  • Dep_6    Paroxetine zonder ritonavir 

 

  • DM_3     DM2 patiënten met een RAAS-remmer zonder combinatie van ACE en ARB    
  • DM_4     DM2 patiënten behandeld met >=2 antihypertensiva waaronder een RAAS-remmer 
  • DM_5     Geen glibenclamide bij diabetes > 70 jaar

  • P_4     Geen overbehandeling triptanen (o.b.v. 3 aanvallen per maand)
  • P_4 a  Geen overbehandeling triptanen (o.b.v. 2 aanvallen per maand)
  • P_4 b  Geen overbehandeling triptanen (o.b.v. 1 aanval per maand
  • P_7     NSAID gebruik zonder hartfalen
  • P_8     Geen combinatie van methotrexaat met cotrimoxazol of trimethoprim
  • P_ 9    Geen NSAIDs bij RAAS-remmers met risico op hyperkaliaemie

 

  • Vrouw_1     Gebruik HST bij vrouwen met cardiovasculaire risicofactoren of > 52 jaar     
  • Vrouw_2     Geen hormonale anticonceptie bij vrouwen > 52 jaar 

 

Back to top