Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

U bent hier: Home / Publicaties / SFK nieuws in PW / PW oude publicaties / 1999-47.htm

26 nov 1999, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 134 Nr 47

Apothekers hebben in het derde kwartaal van 1999 ƒ 24,1 miljoen (inclusief BTW) bespaard door middel van substitutie. De gemiddelde substitutiegraad bedroeg 42,7 %. De substitutiegraad geeft de mate aan waarin apotheken de theoretisch maximaal haalbare substitutiebesparing weten te behalen. Deze besparing kan gerealiseerd worden door merkgeneesmiddelen te vervangen door goedkopere generieke en parallelgeïmporteerde varianten. In de praktijk is dus 42,7 % van wat er in theorie bespaard kan worden daadwerkelijk gerealiseerd.

Beperkt verkrijgbaar

In de praktijk is het onmogelijk om een substitutiegraad van 100 % te behalen. De mogelijkheden om te besparen zijn sterk afhankelijk van de verkrijgbaarheid van de goedkopere varianten. In de praktijk komt het nogal eens voor dat de leverancier van de goedkopere geneesmiddelen onvoldoende voorraad heeft om aan de vraag van de apotheken te voldoen. De Stichting Farmaceutische Kengetallen heeft berekend dat 59 % van de extra te realiseren substitutiebesparing betrekking heeft op geneesmiddelen die in de praktijk bij minder dan èèn op de tien apotheken verkrijgbaar zijn (tabel 1). Vaak gaat het hierbij om parallelgeïmporteerde geneesmiddelen. Daarnaast is de maximale substitutiebesparing niet altijd haalbaar, omdat het op grond van farmacotherapeutische criteria niet verantwoord kan zijn om tot substitutie over te gaan.

Prijsbeleid fabrikanten

Niet alleen de verkrijgbaarheid van de goedkopere varianten en het substitutiebeleid van apotheken heeft weerslag op de ontwikkeling van de substitutiegraad. Ook het prijsbeleid van geneesmidddelenfabrikanten is hierop van invloed. Met name het prijsbeleid bij het geneesmiddel simvastatine springt in het oog.

Van het geneesmiddel simvastatine zijn twee merken verkrijgbaar, namelijk Zocor en Bozara. Beide varianten worden geleverd door geneesmiddelenleverancier MSD. Hoewel deze geneesmiddelen qua werking en samenstelling identiek zijn, was de prijs van Bozara in de eerste acht maanden van dit jaar opvallend hoger dan de prijs van Zocor. De hogere prijs van Bozara leidde tot een hogere referentieprijs (prijs waaraan de gerealiseerde besparing wordt afgemeten). Sinds september hebben beide merken dezelfde prijs. Zo verhoogde MSD de prijs van Zocor 10 mg (strip 30 stuks) van ƒ 55,78 naar ƒ 62,83 en verlaagde deze fabrikant tegelijkertijd de prijs van Bozara 10 mg van ƒ 69,00 naar ƒ 62,83 (overigens is de omzet van Bozara bijna nihil). Deze prijsveranderingen van het geneesmiddel simvastatine leidden in de maand september tot een verlaging van de substitutie"besparing" van ƒ 1,5 miljoen (inclusief BTW). Het nadelig effect op de hoogte van de substitutiegraad bedraagt in deze maand 6 %.

Tabel 1: beperkte leverbaarheid goedkopere geneesmiddelen, augustus 1999

Substitutie alternatief beschikbaar bij:

Aandeel in substitutieverbetering

- minder dan 10% van de openbare apotheken

59%

- minder dan 5% van de openbare apotheken

44%

- minder dan 2,5% van de openbare apotheken

38%

Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen

Figuur 1: substitutiegraad openbare apotheken per maand, derde kwartaal 1999

Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen

Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits onder volledige bronvermelding.

Back to top